Dag Sarah! Laten we beginnen bij het begin: wat moeten onze lezers over jou weten?
Sarah: Ik ben 32 jaar, mama van een tweejarig zoontje Lewis en woon in Genk. Ik ben praktijkcoördinator en docent aan de Hogeschool UCLL. Maar lezers zullen mij wellicht eerder kennen als assistent-trainer bij de eerste ploeg van KRC Genk Ladies. Mijn ambitie is nog professioneler te worden als trainster en daarom ben ik gestart met de opleiding UEFA A trainer.
Hoe is jouw passie voor voetbal ontstaan?
Sarah: Dat is een klassiek verhaal. Vroeger voetbalde ik met de jongens op straat. Toen mijn broertje naar een club ging, wilde ik dat ook. We dweilden verschillende Genkse clubs af maar ze weigerden me omdat ik een meisje was. Uiteindelijk mocht ik starten bij Zwartberg, de ploeg waar nu KRC Genk Ladies gevestigd is. Toen ik ouder werd, besloot ik om mij toe te spitsen op het trainerschap. Eerst als trainster bij KRC Genk voor jeugdploegen, ondertussen bij de eerste ploeg van KRC Ladies.
Voetballen als meisje was in jouw jeugd dus niet evident. Merk je dat er nu verandering is gekomen?
Sarah: Enorm! Toen ik jong was heb ik erg opgebokst tegen die drempels, daar ben ik enorm trots op. Ik wil een voorbeeld zijn voor meisjes én vrouwen met een passie voor voetbal. Meisjes hebben nu meer mogelijkheden om te starten met voetbal. Daardoor voelen ze zich gesteund. Daarnaast zijn de speelsters van het nationaal vrouwenelftal, The Red Flames, echte rolmodellen geworden. Fantastisch dat meisjes nu ook kunnen opkijken naar spelers.
Wat zou je nog graag willen bereiken als assistent-trainer bij KRC Genk Ladies?
Sarah: In mijn wildste dromen had ik nooit gedacht dat ik hier al zou staan. Elke stap vooruit is voor mij een overwinning. Ik ging van jeugdtrainster naar assistent-coach bij de eerste ploeg van KRC Genk Ladies, dat had ik nooit verwacht. Waar ik zelf ooit wil staan? Dat weet ik niet, ik laat het op mij afkomen.
Hoe zie jij vrouwenvoetbal over een paar jaar?
Sarah: Genk mag heel trots zijn op ons vrouwenvoetbal. Natuurlijk is er nog werk aan de winkel, maar ik zie al veel veranderingen. Ik merk dat voetbalclubs meer inzetten op een jeugdwerking voor meisjes. Daaruit vloeien steeds sterkere speelsters en uiteindelijk ook trainsters. Binnen een aantal jaar is er meer professionalisering binnen het vrouwenvoetbal bij KRC Genk. Dat is ook al een grote stap in de juiste richting. Kortom, ik zie een mooie toekomst voor vrouwenvoetbal in België!