Talent van Genkse bodem: Camille Jacobs

Hoewel zijn naam klinkt als een rustgevend theetje schrijft de Genkse Camille Jabobs thrillers aan de lopende band. Sinds 2019 verschenen van zijn hand vijf spannende vertellingen, die zich dikwijls in de omstreken van Genk afspelen. Ondertussen vind je zijn werken in bibliotheken en boekhandels over heel Vlaanderen en Nederland.

 

Welke weg legde je eerste manuscript af?

Camille: Toen mijn eerste boek klaar was, heb ik het naar NBD Biblon gestuurd. Dat is een promotor van de vrije uitwisseling van informatie en verhalen om anderen te inspireren. De drukkerij die ik had aangezocht om mijn boek te drukken, waarschuwde me: “Meteen naar Biblon? Als dat tegenvalt, is je auteurscarrière meteen voorbij.” Maar ik moest het nu eenmaal weten. Was mijn verhaal sterk genoeg? Gelukkig werd het antwoord een volmondig ja. Ik kreeg een heel goede recensie en een bestelling! Ondertussen doe ik alles zelf, van de lay-out en de cover tot het verhaal. Ik geef mijn boeken uit in eigen beheer. Van mijn eerste boek, ‘Wraak’, gingen er 3500 exemplaren over de toonbank.

 

Hoe houd je contact met je lezers?

Camille: Onlangs hield ik nog een signeersessie in een Genkse boekhandel. En heel wat lezers nemen persoonlijk contact op. De reacties op mijn boeken zijn alvast heel enthousiast. Dat veel van mijn verhalen Genk als decor hebben, speelt zeker een rol. Het valt me op dat veel mensen die pakweg mijn vierde of vijfde boek lezen meteen ook de andere willen. Aangezien mijn verhalen nooit heel actueel zijn, lukt dat ook best. Mij charmeren ook de positieve reacties van mensen die niet graag lezen, maar wel mijn boeken kopen of ontlenen.

 

Over welke plaatsen in Genk en omstreken heb je zoal geschreven?

Camille: ‘Zeventien’, mijn vijfde boek, speelt zich bijvoorbeeld af rond de Molenvijver, waar een man in de Burgemeester Gerard Bijnenslaan ‘s nachts toevallig door zijn raam ziet hoe een vrouw in de woning aan de overkant wordt gewurgd. En in ‘Moedermoord’ staat het domein van Masy in Houthalen centraal, samen met een huis in de Stationstraat in diezelfde gemeente. Het is bijzonder leuk dat lezers die plaatsen ook echt bezoeken en met elkaar in gesprek gaan over het verhaal dat ik er schets.

 

Hoe begin je aan een verhaal?

Camille: Ik vertrek graag van elementen uit het dagelijks leven. Als ik iemand in de wachtkamer van de huisarts een vreemde positie zie innemen, dan kan die persoon in een verhaal belanden. Hoe dan ook wil ik dat mijn boeken de moeite waard zijn voor de lezer. Je moet er wat uit kunnen halen en verwonderd achterblijven. Elk verhaal moet een bijzondere onthulling bevatten over onze streek en je als lezer op een humoristische manier meenemen naar nieuwe inzichten. Daarnaast verwerk ik weleens frustraties over politieke kwesties of gebeurtenissen op tv in mijn boeken.

 

Waarom zijn thrillers je favoriete genre?

Camille: Ik heb zowat alle spannende boeken die geschreven werden in het Nederlands in mijn collectie. Het is jammer dat het een wat verguisd genre is. Voor mij is lezen een leuk tijdverdrijf. Je moet kunnen doorlezen, zeker als je een boek meeneemt op vakantie. De plot is dus maar beter niet te ingewikkeld en het taalgebruik niet te moeilijk. Ik waak erover dat mijn lezers een boeiend verhaal meekrijgen dat vlot leest en verrast aan het einde.

 

Heb je nog veel inspiratie na vijf boeken?

Camille: Zeker wel. Op dit moment is er al een ruwe versie van mijn tiende boek. Het zesde verschijnt in april. Dat zal ‘De laatste opdracht’ heten en gaat erover dat één persoon op de tien stemmetjes in zijn hoofd hoort. Maar wat als die kwalijke opdrachten geven? Aan de resterende vier is nog heel wat werk. Daar moet ik nog veel aan schaven. Zolang mijn verhalen gelezen worden en ik het nog leuk vind, blijf ik waarschijnlijk nog een hele tijd publiceren.

 

De werken van Camille vind je in de bibliotheek van Genk en de betere boekhandel.